Pannacotta met gekarameliseerde honing, granola en fruit

Bereiding

1. Zet 4 mokken – of kommetjes met hoge randen – klaar. Vet de binnenkanten in met een klein beetje (zonnebloem) olie.
2. Breng de honing in een sauspannetje aan de kook.
3. Laat op middelhoog vuur 4-6 minuten pruttelen tot de honing karameliseert (donkerbruin wordt).
4. Wals de pan vervolgens en roer even om de honingkaramel gelijkmatig te maken.
5. Voeg vlak voordat de karamel begint te verbranden (de geur verandert) het sinaasappelsap toe en haal de pan van het vuur.
6. Week ondertussen de gelatineblaadjes 5 minuten in een bakje koud water.
7. Knijp ze goed uit en voeg ze toe aan de (nog warme) karamel, roer door tot de gelatine helemaal opgelost is.
8. Voeg in etappes het oranjebloesemwater, de yoghurt en de room toe, terwijl je telkens roert – het mengsel moet helemaal glad zijn.
9. Verdeel het mengsel  over de mokken en zet gedurende 2-4 uur in de koelkast.
10. Zet 4 schaaltjes klaar.
11. Laat de pannacotta voorzichtig uit de mok komen door hem boven een schaaltje op zijn kant te houden en een klein stukje los te maken met een lepel of mes: door de ontstane luchtbel laat het vanzelf los – als het niet lukt houd dan voorzichtig de zijkant van de mok onder de warme kraan.
12. Garneer de pannacotta met de vruchten, de granola en bloemen.

Aan tafel! Dit is onze serveersuggestie: